Skip to main content

de dolk van Pedro



Dit korte verhaal heb ik een tijd terug geschreven. Het is bedoeld om spanning op te brengen en er zit een bekend verhaal achter verstopt.


Het was nacht. De wind suisde langs onze oren die koud aanvoelden. Diep weggedoken, weggedoken zodat het ons niet kon vinden. Plotseling voelde ik een zware, grote hand op mijn schouder en draaide me met een ruk om. Ik keek recht in het gezicht van het beest. Een afzichtelijk beest. Een afgrijselijk groot beest. Met scherpe tanden en enorme oren. Ik was zo geschrokken dat ik geen woord kon uitbrengen. Opeens gaf het een vreselijke schreeuw en viel het voor mijn knieen op het mos dat gelijk met bloed werd doordrenkt. Ik zag een dolk in zijn rug. Pedro's dolk. Ik keek naast me en zag dat hij weg was. Ik stond met trillende benen op. 'Pedro!' riep ik met zo'n schorre stem dat ik zeker wist dat hij me niet zou horen. Ik keek om me heen. Bomen. Alleen maar bomen. Ik keek weer naar de wolf en haalde met een ruk de dolk uit zijn vacht. Ik trok mijn kap ver over mijn hoofd die in plaats van rood bruin was geworden. 'Demi!' hoorde ik roepen. Het was Pedro's stem. ik zag iets bewegen. Het was hem. Hij had de tas. Ik rende naar hem toe. Het was een valstrik.



























Comments

Popular posts from this blog

About war

When all the things you tried to think were good have suddenly become the source of fear, then at the very place where you first stood has someone dropped an unforgivenlly tear. And on the ground where those now lit the lights I'm standing still but without things to know 'Cause we all be and go just like the tides and can not say: Oh time, I miss you so. Yes, everyhting has changed and not a sign of knowledge here is to be claimed as mine.

Steenkoud

Dit verhaal gaat over Dordrecht en over winter.

twee kanten

Voorzichtig sloeg ze de bladzijde om. Hier, in het kapelletje, las ze graag. Ze, een meisje met kort, donker haar en nog donkerdere ogen, deed niets liever. Ook nu kon ze haar ogen niet van het boek afhalen. Ze hield haar adem in toen ze las dat het monster achter hem stond, terwijl hij dat niet doorhad. Voor de zekerheid keek ook zij even over haar schouder. In een waas zag ze een kleine gedaante staan. Ze schrok en keek beter. De lucht om haar heen leek ineens ijzig koud te worden toen ze zag wie het was. Ze keek recht in de ogen van een meisje met kort, donkerbruin haar en bruine ogen. Maar dit kon niet. Ze keek naar haar eigen handen, om zeker te weten dat ze zelf nog op het bankje zat. Toen keek ze weer naar het meisje. 'Wie ben je?' kon ze uitbrengen. 'Ik ben jou', antwoordde dezelfde stem. Dit kan niet, dacht ze weer. Haar hart klopte in haar keel toen het meisje dichterbij kwam. 'Wees niet bang', zei het meisje met een glimlach waar diepe haat in ve...