Onrustig. Onrustig over alle dingen. Alle dingen in mijn kleine wereldje. Maar vooral om jou. Onwetend. Onwetend wat er is. De ruimte tussen ons. Ik wou dat ik het kon opvullen. Zoekend. Zoekend naar een teken. Op je gezicht. Dat laat zien wat je denkt. Dromend. Dromend over de dingen. Die je bezig zouden kunnen houden. In jouw kleine wereldje.